Zo ben je inspirerend

11 oktober 2018  |  Categorie: Boeiend spreken, Persoonlijke verhalen, Verhalen maken

inspireren door identificatie

Wil je inspirerend zijn?
Zorg dan dat mensen zich kunnen identificeren. Mensen luisteren alleen naar je verhaal als ze zich erin kunnen herkennen. Als ze het zelf ook hebben meegemaakt.

Kijk maar eens naar het verschil tussen de volgende versies van hetzelfde verhaal.

Versie 1: Een saai verhaal

“Hans is projectleider en zit bij de klant. Het is dinsdagmorgen 9.00 uur en ze bespreken de lastige situatie waarin het project verkeert. Gelukkig weet Hans ter plekke een oplossing te verzinnen, waardoor het project weer verder kan.”

Niet echt een spannend verhaal, hè? Vrijwel iedereen zal afhaken. Alleen projectleiders zullen het herkennen, maar zeker niet geboeid luisteren.

Versie 2: Wedden dat je nu wél geboeid bent?

“Hans is een junior projectleider en heeft bijzonder slecht geslapen. Al wekenlang heeft hij het niet aangedurfd om Katja tot de orde te roepen. En nu loopt het project vast. Allemaal zijn schuld en dat krijgt hij vandaag vast te horen van de ceo. Het is dinsdagmorgen 9.00 uur, hij tapt zijn vierde koffie en loopt zenuwachtig de vergaderzaal binnen. Op dat moment wordt het stil en voelt Hans een rilling over zijn rug gaan.”

Dit vertelt ons meer over Hans. Over hoe hij zich voelt en wat hij vreest. Dat maakt het herkenbaar, omdat wij allemaal wel eens bang zijn geweest voor het oordeel van anderen. Of omdat we onzeker waren. Ook als je geen projectleider bent, ken je deze emotie. En daarom wil je de rest van het verhaal horen: hoe gaat hij ermee om? Hoe heeft hij het opgelost? Wat kan ik daarvan leren?

Maak je verhaal boeiend door herkenbaarheid

De herkenbaarheid kun je er op twee manieren in stoppen.

1. Verwerk vertrouwde situaties in je verhaal. Alledaagse dingen, zoals het ellenlange werkoverleg, de verplichte heisessie en de lunchwandeling met brooddoos. Maar ook privé-situaties doen het goed: de rij in de supermarkt, de veel-te-vroege wekker, de gemiste treinverbinding, de rommel-tienerkamer, de CJIB-boete, het eindelijk-rust-om-een-boek-te-lezen naast de tent, of de  verjaardagsvisite bij opa vroeger. Zulke gewone dingen kennen we allemaal. Als je je boodschap ermee kunt verbinden, heb je een ijzersterk verhaal om te vertellen.

2. Naast bekende situaties, kun je kiezen voor herkenning in emotie. We zijn allemaal wel eens boos, maken ruzie, of zijn jaloers op iemand. Weinigen zullen het toegeven, maar iedereen kent gevoelens van twijfel, angst of onzekerheid. Gelukkig hebben we ook positieve ervaringen zoals blijdschap, hoop en ontroering.

Wees inspirerend door emotie

“Emotion is the fast lane to the brain” zegt Doug Stevenson. Ik geloof het beslist. Daarom werken verhalen het beste als je je luisteraar een emotionele prikkel geeft. Waardoor de mensen in je publiek het echt voelen. Mensen raken niet geïnspireerd door de kennis die ze opdoen, maar door het gevoel dat ze kregen toen ze naar je luisterden. Dat blijft hangen.

Ja, dat is eng

Emotie in een verhaal gebruiken vergt durf. Want je laat daarmee iets van jezelf zien, en dat is niet heel gebruikelijk in ons werk. Meestal gaat het over koude bovenstroom-zaken. Maar ja, dat is weinig inspirerend. Als je echt mensen wilt raken, moet je zonder harnas vertellen wat je te vertellen hebt.
Nieuwsgierig of je ’t kunt? Probeer het zelf in de workshop Storytelling. Ik help je graag.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Privacyvoorkeur centrum